Categorie: Kennis
Hoe maak je GenAI een succesvol onderdeel van je totale data-journey? Frank Ferro realiseert al ruim 10 jaar businesswaarde met data en AI. Na vele jaren als senior executive bij PostNL, en een tijdelijke rol als Program Director GenAI bij de ANWB, treedt hij weldra aan als Directeur ICT van Amsterdam UMC. Tijdens een recente CIO Masterclass bij Anderson MacGyver deelde hij zijn visie en ervaringen. Een samenvatting.
Waar in diverse sectoren lange tijd de nadruk lag op de fysieke producten en diensten, verschuift de aandacht steeds meer naar data en algoritmes. Ze worden langer alleen ingezet voor de verbetering van klantbeleving en het optimaliseren van businessprocessen, maar ook omdat data en kunstmatige intelligentie in toenemende mate zelf een te vermarkten product worden.
Om adequaat aan de slag te kunnen met gewone en generatieve AI zijn drie zaken aan te bevelen: een veilige en gecontroleerde omgeving, de juiste governance, en een maximale onafhankelijkheid van de grote technologiespelers. De benodigde basis wordt gevormd door de juiste datahuishouding en IT-architectuur, waaraan binnen organisaties veelal al langer gewerkt wordt.
Cruciaal is bovendien dat je sowieso weet wat je doet. Dat begint meestal met werken aan het benodigde kennisniveau binnen de organisatie. Dat vereist overigens wel echt aandacht, want vaak ontbreekt zelfs een basaal niveau van data-geletterdheid.
Zo kun je straks niet alleen werken aan de vereiste kwaliteit van de data – zowel centraal als vanuit de business. Je moet en kunt dan uitleggen waarom je AI waar en op welke manier inzet. Wanneer een algoritme beslissingen neemt in een call-centeromgeving, dan moet transparant zijn wat AI precies doet en met welk doel. Bij inzet voor fraudedetectie geldt hetzelfde.
Kies in de beginfase liefst een niet te ingewikkelde, aansprekende ‘moon shot case’ die voor iedereen zichtbare businesswaarde genereert. Zonder actieve betrokkenheid en ondersteuning vanuit de business hebben initiateven sowieso weinig zin.
Gecontroleerde omgeving
Het nadrukkelijke advies is om bij toepassing van GenAI te kiezen voor een veilige en gecontroleerde omgeving. Net zoals bij WhatsApp kan de data zelf veilig zijn, maar geeft de metadata – over onder andere met wie je wanneer contact hebt – mogelijk meer prijs dan je wenst.
De gratis versie van ChatGPT bijvoorbeeld is in dat opzicht niet waterdicht. De Enterprise-versie biedt daarentegen een veilige, gecontroleerde AI-omgeving. Ook mensen zonder IT-achtergrond kunnen hiermee experimenteren en werken, mede op basis van hun eigen persoonlijke en professionele configuraties. Bijvoorbeeld gericht op het in begrijpelijke taal herschrijven van directie-mededelingen of andere officiële bekendmakingen. Dat scheelt directies en communicatieafdelingen enorm veel tijd.
Een ander voorbeeld is de inzet van een large language model (LLM) voor het op massale schaal beantwoorden van klantvragen via de e-mail. Of voor het genereren van code door programmeurs; wat bij veel bedrijven al niet meer is weg te denken.
Bij de meeste toepassingen blijven voorlopig nog mensen aan de knoppen zitten. Microsoft Copilot is bijvoorbeeld nadrukkelijk geen autopilot. Het is een assistent die je enorm veel productiever kan maken, maar niet zonder fouten is.
Juiste governance
Stap twee: zorg voor de juiste governance. Installeer om te beginnen een Data & AI Governance Board, die vanuit directieniveau kan helpen met het nemen van besluiten over de potentieel gevoelige of impactvolle inzet van data en algoritmes.
Eveneens fundamenteel is controle over betrouwbare data. Niet alleen voor het proces of het realiseren van de beoogde doelstellingen, maar tevens om te kunnen voldoen aan wet- en regelgeving en eisen rond privacy en veiligheid. Zorg voor adequaat centraal en decentraal datamanagement en datakwaliteitscontrole.
De ‘data owner’ is trouwens vaak niet de ‘data lord’. Met andere woorden: de vrouw of man die zorg draagt voor de kwaliteit van de data, is niet degene die de data toepast om daar voor de business waardevolle en slimme dingen mee te doen.
Daarom is het goed om datamanagement ook te verankeren in de business. Men kan dan bij eigen initiatieven of use-cases zelf zorgdragen voor het opschonen van de gewenste datasets wanneer de datakwaliteit organisatie-breed nog onvoldoende is. Wie denkt pas met GenAI te kunnen starten als alle bedrijfsdata schoon en geschikt is, krijgt het mogelijk nooit van de grond.
Ondertussen moet je wel werken aan de masterdata, waarbij bijvoorbeeld alle klantdata binnen één systeem verzameld en beschikbaar is. Bij nieuwe initiatieven of technische mogelijkheden rond de klant is er altijd een koppeling met het masterdata-managementsysteem.
Virtueel federatief
Een centrale visie en beleid zijn vereist om als organisatie qua data en AI op het juiste volwassenheidsniveau te komen. Om niettemin in de business of divisies stappen te maken, kun je opteren voor een virtueel federatieve opzet, waarbij mensen vanuit de centrale tech- of data-afdeling worden toegewezen aan specifieke bedrijfsonderdelen of projecten.
Naar verloop van tijd kunnen datagovernance en datamanagement mogelijk steeds meer decentraal worden belegd en besproken – onder andere tijdens daartoe geplande overleggen of sessies. Initiatieven die potentieel risicovol zijn – met oog op security, privacy of ethiek – kunnen dan aan de centrale Data & AI Governance Board worden voorgelegd.
Je zou ook moeten nadenken over een ethisch assessment. Om vast te stellen of nieuwe digitale mogelijkheden en plannen wel in lijn zijn met de waarden en principes van de organisatie. In veel gevallen zal dan snel duidelijk zijn of iets kan of niet. Zo’n assessment kan ook helpen bij het bedenken van risico-mitigerende maatregelen.
Maximaal onafhankelijk
Tenslotte nog dit: kies voor maximale autonomie ten opzichte van big tech. Het is prima om gebruik te maken van diensten van Microsoft, Google en andere grote spelers. Maar beter voorkom je dat je er afhankelijk van wordt. Maak liever een selectie van diensten en aanbieders die binnen jouw context de maximale waarde toevoegen en leg dus niet al je eieren in hetzelfde mandje.
Zorg dat je een control layer hebt, die is staat is om te koppelen aan meerdere LLM’s. Zodat je voor elke use-case de meest effectieve LLM kan gebruiken.
GenAI biedt, kortom, ongekende mogelijkheden om businesswaarde te creëren, maar vereist wel een doordachte visie en aanpak. Wil je snel de volgende stap zetten? Anderson MacGyver combineert jarenlange ervaring met vraagstukken op het gebied van strategie, organisatie, data en technologie. Om van daaruit de slag te maken naar nieuwe digitale ontwikkelingen. Meer weten? Neem contact op met Anton Bubberman en deel vrijblijvend je ambities en uitdagingen. We helpen je graag!
Door Anton Bubberman
Van kansen in klantbeleving tot radicale efficiëntieverbeteringen: AI is een gamechanger als je weet hoe je het moet toepassen. Toch schuilt er ook gevaar in ondoordachte implementaties. Hoe zorg je ervoor dat AI waardevol en verantwoord wordt ingezet? Data to Value-expert Anton Bubberman schetst de stand van zaken en geeft bedrijven en hun leiders handvatten om AI strategisch in te bedden in de moderne Digital Enterprise.
Iedereen heeft inmiddels wel enige ervaring met AI en daarmee een visie op het fenomeen. Opvallend is dat de meningen nogal verschillen. De een vindt het een over-hyped buzzwoord, terwijl de ander waarschuwt dat we de kracht ervan onderschatten. Sommigen zien in AI vooral kansen, anderen juist bedreigingen – mogelijkheden of verantwoordelijkheden.
Waarschijnlijk zijn we zoals bij veel technologische ontwikkelingen geneigd de impact op korte termijn te overschatten, om de effecten op de lange duur te onderschatten. Techbedrijven helpen hier een handje, omdat ze vaak pochen over technologie die nog in ontwikkeling is – het duurt soms nog jaren voor deze op de markt komt. En als het zover is zijn we niet meer onder de indruk. We onderschatten op zo’n moment wat iets echt teweeg kan brengen.
Kijk bijvoorbeeld naar big data, waar de buzz van jaren geleden grotendeels is verstomd. We hebben daardoor de neiging om het achteraf als een hype te kwalificeren. Maar vergeet niet: door al onze investeringen in big data hebben we nu bijvoorbeeld de ‘large language models’ zoals ChatGPT waarmee we pdfs, foto-, geluids- en videobestanden ongeopend kunnen lezen en interpreteren. En het gaat nog veel en veel verder.
Drie cruciale succesfactoren
Gezien de ontwikkelingen loont het zeer de moeite om een AI-gedreven Digital Enterprise te worden. Er zijn drie fundamentele succesfactoren om dat te realiseren. Ik gebruik daarvoor de vergelijking met schaken, jazz en filosofie. Maar eerst iets meer over waar we nu staan…
In de Europese wetgeving wordt AI gedefinieerd als een machine-gebaseerd systeem, ontworpen om in meer of mindere mate autonoom te opereren. Het kan zich aanpassen aan de omstandigheden om diverse vormen van output te kunnen leveren. Denk aan voorspellingen, creaties, aanbevelingen en beslissingen die van invloed zijn op fysieke of virtuele omgevingen.
AI wordt krachtiger naar mate de autonomie en adaptiviteit toenemen. Uiteindelijk bewegen we van relatief simpele rule-based computing naar de heilige graal toe: artificial general intelligence (AGI), dat menselijke cognitieve vaardigheden evenaart. Nu al kan AI op basis van steeds meer data zelfstandig complexe taken in uiteenlopende domeinen uitvoeren, en zich al lerend aanpassen aan nieuwe situaties.
Van robothond tot backoffice
Volgens sommige kenners duurt het nog een halve eeuw voor AGI binnen bereik komt, volgens anderen bereiken we dat al in 2025. Tot die tijd bevinden we ons als mensen en organisaties op het continuüm tussen het consumeren en bouwen van steeds geavanceerdere digitale intelligentie. AI zal zich daarbij steeds meer in de operating systemen èn de applicaties van onze devices en systemen nestelen – met een link naar onze persoonlijke en zakelijke data. Maar welke stappen zetten wij zelf, als leiders en als de bedrijven waarvoor we werken?
Als Anderson MacGyver helpen we organisaties om een Digital Enterprise te worden. Daar hebben we een model voor ontwikkeld, gebaseerd op vijf cruciale bouwblokken. De kerncomponent ‘digital smartness’ staat daarbij evenals ‘shared data’ in het midden. Bovenop de ‘digital infrastructure’ en links en rechts geflankeerd door ‘customer experience’ en de ‘operational backbone’. Verder is de Digital Enterprise ingebed in een ecosysteem van klanten, partners en andere belanghebbenden of betrokkenen.
Qua inzet van AI zijn er volop mogelijkheden: van robothonden die een fysieke productieomgeving scannen, tot intelligente systemen in de frontoffice voor uiteenlopende vormen van menselijke communicatie: sociaal, hulpverlenend, adviserend enzovoorts. Desgewenst in alle talen van de wereld. Plus de mogelijkheden om daarbij zowel de klantervaring als de operationele processen in de backoffice te monitoren en te verbeteren.
Vooruitdenken, improviseren, filosoferen
Net als bij schaken draait AI om vooruitdenken, plannen en evalueren. Het speelveld verandert constant, net als de kansen en bedreigingen binnen je organisatie en ecosysteem. Daar moet je als organisatie en als leider op kunnen inspelen. Je moet dus altijd blijven nadenken over de volgende stap op het bord.
De link met jazz is dat musiceren en improvisatie weliswaar makkelijk kunnen lijken, maar dat er vaak een lange periode van oefenen aan vooraf gaat. Naast de fysieke vaardigheden moet je de theoretische kaders kennen. Er is toewijding nodig om meester te worden over een instrument. Ten aanzien van de hard skills, maar ook qua soft skills – bijvoorbeeld de interactie met andere bandleden.
Zo is in het digitale domein, naast alle harde technische randvoorwaarden, een AI-gedreven cultuur vereist. Bijvoorbeeld om de uitkomsten kritisch op meerwaarde en ethische aspecten te kunnen beoordelen. Muziek en jazz zijn hobby’s, althans voor mij, maar AI kun je er binnen een organisatie niet vrijblijvend naast doen. Je moet er echt in investeren om het uiteindelijk te kunnen masteren.
AI vereist ook een filosofisch bewustzijn van de ethische impact. Je kunt er jezelf, de organisatie en anderen geweldig mee vooruit helpen, maar al dat goeds komt met enkele potentiële gevaren. Met een chirurgenmes kunnen medische wonderen worden verricht, terwijl het in onbekwame of kwaadwillende handen grote ellende kan veroorzaken. Met een tool als AI moet je beducht zijn voor risico’s als informatiebubbels, verkeerde voorstellingen en vooringenomenheid.
Bouwen aan betere wereld
We moeten ons ervan bewust zijn wat we met AI voor onze klanten en andere stakeholders doen. Dat ze ons kunnen vertrouwen, dat ze op ons kunnen rekenen en dat we begrijpen welke impact het voor hen kan hebben. Zo zullen er banen verdwijnen en nog meer banen zullen veranderen. Maar in goede handen – met de juiste policies, richtlijnen, mindset en gedrag – heeft AI de kracht om geweldige dingen te helpen realiseren. Een intelligente en schaalbare Digital Enterprise bijvoorbeeld. En wellicht zelfs een betere wereld om in te leven.
Nu AI zich steeds dieper nestelt in ons dagelijks leven en de bedrijfsvoering, is het aan bedrijven en hun leiders om richting te geven aan de toepassing ervan. Welke eerste stap zet jij vandaag?
Anton Bubberman is senior Management Consultant en Guild Lead Data to Value bij Anderson MacGyver. Hij heeft ruime relevante technologie- en data-ervaring in sectoren variërend van gezondheidszorg tot energie en finance.
De spelregels zijn veranderd. Enkele jaren geleden konden bedrijven nog sluimeren en een afwachtende houding aannemen, maar die tijden zijn voorbij: organisaties die niet transformeren, verliezen. Maar hoe kun je winnen? De sleutel tot dit succes ligt in de combinatie van het Digital Enterprise-model en de Multimodale aanpak: de ‘winning formula’. Lees snel verder.
Waarom de Digital Enterprise?
Een Digital Enterprise gaat verder dan alleen technologie implementeren. Het is een strategische aanpak waarbij je bedrijfsactiviteiten, technologie en data naadloos integreert om flexibel, efficiënt en klantgericht te zijn. Dit vraagt om strategisch leiderschap. Maar waarom is deze transformatie essentieel?
- Voorsprong op concurrenten
Bedrijven die digitale mogelijkheden slim inzetten, lopen voorop en maken het verschil in snelheid, innovatie en prestaties. Kortom: als Digital Enterprise blijf je relevant.
- Klantbeleving verbeteren
Klanten verwachten een consistente én onderscheidende ervaring, van product tot service en van app tot winkel. Een Digital Enterprise maakt dit mogelijk door al zijn kanalen en diensten op de juiste manier in te zetten.
- Operational excellence
Een Digital Enterprise bouwt een operationele backbone die schaalbaar, efficiënt en ‘connected’ is: klaar om te leveren, én klaar voor innovatie.
De vijf bouwblokken van een Digital Enterprise (klantbeleving, ‘operational backbone’, digitale infrastructuur, gedeelde data en ‘digital smartness’) vormen samen de fundering waarop bedrijven hun toekomst bouwen. Meer weten? Bekijk hier onze pagina over Digital Enterprises.
Wat is Multimodaliteit en waarom is het onmisbaar?
Niet alle bedrijfsactiviteiten zijn hetzelfde. Sommigen zijn stabiel en moeten efficiënt ingericht worden, terwijl anderen dynamisch en onderscheidend moeten zijn. Multimodaliteit is een praktisch framework, ontwikkeld door Anderson MacGyver, dat in de praktijk is bewezen, en wetenschappelijk is onderbouwd. Het model deelt bedrijfsactiviteiten in op basis van hun dynamiek en onderscheidend vermogen. Organisaties gebruiken het onder andere bij het maken van belangrijke strategische keuzes, complexe transformaties, sourcing-vraagstukken en om focus en alignment tussen disciplines te creëren.
Het Multimodale model deelt bedrijfsactiviteiten op in vier categorieën die we elk een kleur hebben gegeven:
- Common (groen): Generieke, stabiele activiteiten die in de meeste gevallen niet veel verschillen van vergelijkbare activiteiten bij andere organisaties. Deze zijn gericht op efficiëntie en betrouwbaarheid, zoals administratie, inkoop of andere ondersteunende processen.
- Adaptive (blauw): Dynamische, generieke activiteiten die niet per se heel onderscheidend zijn, maar wel continu aangepast moeten worden aan veranderingen in de markt of technologie, zoals marketing.
- Specialized (oranje): Stabiele activiteiten, die hele specifieke expertise en/of middelen vereisen, zoals de integratie of onderhoud van complexe infrastructuur, of implementatie van specifieke wetgeving en dergelijke.
- Distinct (paars): Unieke en dynamische activiteiten, zoals productinnovatie of maatwerk-klantoplossingen, die je onderscheiden van de concurrentie.
Meer weten over Multimodaal? Lees onze whitepaper over Multimodaliteit.
Waarom is deze combinatie een winnende formule?
De kracht van het Digital Enterprise model zit in de transformatie van reactief naar proactief sturen op digitaal succes. Op overzichtelijke wijze: per bouwblok. Maar zonder Multimodaliteit kun je deze bouwblokken niet optimaal inzetten. Het Digital Enterprise model zorgt ervoor dat je weet waar je naartoe moet, en Multimodaliteit biedt de juiste aanpak om daar te komen. Samen vormen ze een onmisbare combinatie die de complexiteit van digitale transformaties vereenvoudigt. Het hele transformatieproces wordt door onze gepassioneerde consultants begeleid, met praktische en interactieve tools.
|
“Het Digital Enterprise model zorgt ervoor dat je weet waar je naartoe moet, en Multimodaliteit biedt de juiste aanpak om daar te komen.“ |
Klaar om de winnende formule toe te passen?
De Digital Enterprise en Multimodaliteit vormen samen dé winnende formule voor bedrijven die relevant willen blijven. Wil je praktisch aan de slag mét een sterke visie, dan kun jij nu al concreet het volgende doen:
Download de whitepaper ‘How to become a Digital Enterprise’ en leer alles over de vijf bouwblokken van de Digital Enterprise.
Download de whitepaper ‘Multimodality’ en leer hoe je bedrijfsactiviteiten optimaal organiseert.
Neem contact op met Gerard Wijers of Edwin Wieringa en deel geheel vrijblijvend je ambities en uitdagingen. We helpen je graag!
De spelregels zijn veranderd. Ben jij klaar om te winnen?
Kunstmatige intelligentie (AI) is een tot de verbeelding sprekend onderwerp dat breed resoneert. Het is fantastisch om persoonlijk en professioneel te experimenteren met ChatGPT en het genereren van afbeeldingen, maar het blijkt lastiger om AI grootschalig te vertalen naar bedrijfswaarde. De recente CIO Masterclass van Anderson MacGyver gaf hiertoe de nodige handvatten. Met bijdragen van Management Consultant Anton Bubberman en Frank Ferro, die de afgelopen 10 jaar eindverantwoordelijk was voor respectievelijk Analytics, Data Insights en GenAI binnen PostNL.
Een informele peiling onder de aanwezigen leerde dat iedereen de nodige ervaring heeft met ChatGPT. De vraag van dagvoorzitter Fiep Warmendam om de persoon naast je te vertellen over je laatst gebruikte prompt, leverde het inzicht op dat het online gereedschap vooral privé van pas komt: het uitzoeken van een leuke vakantiebestemming, inclusief de mooiste of beste route ernaartoe. Of het selecteren van een nieuwe telefoon en andere potentiële aankopen.
De smartwatch bleek iets minder nadrukkelijk in zwang. Warmendam gaf toe dat ze haar vele hardlooprondes niet wil laten domineren door een overvloed aan data: “Dit beïnvloedt waarschijnlijk je gedrag en beslissingen. En ik ben bang dat dit tijdens het hardlopen het plezier eruit haalt – ik wil de human touch niet verliezen.” Een risico dat ook zakelijk kan spelen. Voor andere dingen kunnen data en intelligentie wel degelijk van waarde zijn. “Neem de verwachtte bezorgtijd van besteld eten, boodschappen of pakketten.”
En zo legde de dagvoorzitter de brug naar de visie en ervaringen van de twee specialisten. “In lijn met Roy Amara’s Law hebben we, ook ten aanzien van AI, de neiging om de verwachtingen op korte termijn te overschatten, om de effecten op de lange termijn juist te onderschatten”, stelde Anton Bubberman. De senior Management Consultant is binnen Anderson MacGyver tevens Guild Lead Data to Value. Hij heeft ruime relevante data-ervaring in sectoren variërend van gezondheidszorg tot energie en finance.
Cognitieve vaardigheden
Onder het even ironisch als pakkende ‘Create a clickbait title for my AI-vision talk’ introduceerde hij het fenomeen, dat krachtiger wordt naar mate de autonomie en adaptiviteit toeneemt. Uiteindelijk bewegen we toe naar zogeheten artificial general intelligence (AGI), dat menselijke cognitieve vaardigheden evenaart. Daardoor kan het zelfstandig complexe taken in uiteenlopende domeinen uitvoeren en zich aanpassen aan nieuwe situaties. Omdat we nog lang niet in de AGI-fase zitten, blijft menselijke monitoring en bewaking van AI noodzakelijk.
Voorts schetste Bubberman drie succesfactoren voor een schaalbare en potentieel waarde-creërende inzet van AI binnen organisaties, op basis van analogieën met schaken, jazz en filosofie. Bij het eerste draait alles om plannen, vooruitdenken en continue evaluatie. “De omstandigheden en mogelijkheden veranderen voortdurend, en daar moet je als organisatie en als leider op kunnen inspelen. Je moet altijd blijven nadenken over de volgende stap op het schaakbord.”
De link met jazz is dat musiceren en improvisatie weliswaar makkelijk kunnen lijken, maar dat er vaak een lange periode van oefening aan vooraf gaat. Naast de fysieke vaardigheden moet je de theoretische kaders en de onderliggende fundamenten kennen. “Er is toewijding nodig om meester te worden over een instrument. Het gaat om hard skills, maar ook om soft skills, zoals interactie met andere bandleden.” In het digitale domein is, naast alle harde technische randvoorwaarden, een AI-gedreven cultuur fundamenteel. Ook met oog op de ethische aspecten.
Tenslotte: de filosofie. Met chirurgenmes kunnen medische wonderen worden verricht. In handen van een prutser of kwaadwillende kan hetzelfde tool tot bloederige ellende leiden. Ook AI heeft een potentiële keerzijde in de vorm van gepolariseerde opvattingen, informatiebubbels, verkeerde voorstellingen en vooringenomenheid. Bijvoorbeeld wanneer de data niet correct is of wanneer adequate menselijke controle op eventuele negatieve impact ontbreekt. “In goede handen heeft AI de kracht om in positieve zin de wereld te veranderen”, besloot Anton Bubberman.
Lessons learned
Frank Ferro sprak tijdens de CIO Masterclass over zijn ervaringen ih de afgelopen tien jaar met het realiseren van businesswaarde met data en AI. Hij startte zijn bijdrage met een wolk van persoonlijke data – trivia en meer relevante informatie, die pas na mondelinge toelichting betekenis kreeg. Van zijn geboorte tot het jaar 2025, wanneer hij na een kleine 17 jaar bij PostNL, en een tijdelijke rol als Program Director GenAI bij ANWB, zal aantreden als CIO van Amsterdam UMC.
Frank Ferro geldt als een echte front runner in het gebruik en de implementatie van nieuwe technologieën en mogelijkheden. Binnen PostNL lag de nadruk lange tijd op het fysieke aspect van de dienstverlening, maar gaandeweg werden data en algoritmes steeds belangrijker. “Onze visie was dat die data uiteindelijk waarde zou opleveren.” Bovendien zou PostNL daardoor transformeren naar een ‘postal tech company’, die onderscheidende technologie en data in eigen hand zou moeten houden.
De PostNL-IT-strategie is en was gebaseerd op diverse principes, die tezamen leiden tot een doelarchitectuur die moet kunnen meebewegen met nieuwe ontwikkelingen, zoals de opkomst van AI. Het bedrijf heeft door de jaren heen bewezen veel ontwikkelingen een stap voor te zijn. Denk aan volledige omarming van de cloud in 2013, de introductie van een Data & Insights Competence Center en Advanced Analytics in 2017, tot het toepassen van GenAI in 2024.
Alles mede gedreven door de ontwikkelingen waarbij de volumes van post en pakketten stuivertje wisselden. Data en intelligentie waren nodig om de beschikbare fysieke assets optimaal te benutten. Verder kreeg in plaats van de verzender de ontvanger steeds meer regie over het bezorgproces. Het belang van de juiste data werd nog eens extra benadrukt door de veranderende relatie met ketenpartners, die voor hun eigen gewin eveneens azen op cruciale gegevens.
Succesvolle journey
PostNL heeft al met al een succesvolle journey doorlopen. Belangrijke aspecten zijn en blijven volgens Frank Ferro onder andere: eigenaarschap bij de business, starten op beperkte schaal en niveau alvorens je algoritmes op grote schaal industrialiseert, geautoriseerde toegang tot de juiste kwaliteit data en verankering van data governance.
Tevens lichtte hij onder meer de gekozen federatieve opzet van interne data capabilities toe, om zo dicht mogelijk op de business te kunnen opereren. En de versnellende invloed van een zogeheten GenAI-taskforce. Alles met oog op het zo goed en snel mogelijk creëren van waarde.
Los van data-inhoudelijke aspecten, rees in de afsluitende Q&A de vraag hoe je als leider en organisatie nu bepaalt welke zaken op data- en AI-gebied je in eigen hand houdt en wat je eventueel belegt bij partners. Hierbij blijken vooral de onderscheidende processen en activiteiten richtingbepalend: “Je eigen intellectuele eigendom en hetgeen je onderscheidt van de concurrentie”, stelden Bubbberman en Ferro eensgezind. “Uiteraard kunnen consultants helpen om dit helder te krijgen.”
Toonaangevende organisaties onderscheiden zich door hun aanpak van digitale mogelijkheden en vraagstukken. Het belangrijkste verschil met de achterblijvers is dat leiders van echte digitale organisaties zich niet bezighouden met het blind najagen van trends en ontwikkelingen, maar deze strategisch en proactief benaderen. Dit is het verschil tussen de zogeheten ‘Catch-up Enterprise’ en de Digital Enterprise.
Catch-up: overleven in plaats van bloeien
Veel bedrijven opereren nog als Catch-up Enterprises. Ze wachten af tot de druk van buitenaf hen dwingt om nieuwe technologieën te omarmen. Deze inhaalrace leidt vaak tot reactieve beslissingen die soms helpen om het hoofd boven water te houden, maar zonder echt vooruitgang te boeken. De focus ligt meer op overleven dan op groei en innovatie.
Dit type bedrijf adopteert technologieën pas wanneer ze niet anders kunnen. Of ze hebben geen hoger plan, wat leidt tot het gedachteloos en reactief ‘snacken’ van vaak irrelevante digitale oplossingen binnen de organisatiecontext. Catch-up betekent dan ‘een beetje ketchup erbij en eten maar!’ Maar een gezonde basis voor duurzame groei ontbreekt.
Digital: visie en actie hand in hand
De leiders van een echte Digital Enterprise hebben een totaal andere aanpak. Hier wordt digitale technologie niet gezien als een noodzaak om te overleven, maar als een kracht om te gedijen. Deze organisaties integreren technologie proactief in hun kernstrategie, waarbij elke stap gericht is op het creëren van efficiëntie, het vergroten van concurrentievoordeel en het benutten van kansen.
Hun succes rust op vijf bouwstenen: een sterke klantervaring, een robuuste operationele backbone, een flexibele digitale infrastructuur, gedeelde data en zogeheten ‘digital smartness’. In combinatie zorgen deze kerncomponenten voor een cultuur van continue verbetering en wendbaarheid, waardoor de organisatie niet alleen kan reageren op veranderingen, maar deze ook kan voorspellen en kapitaliseren.
Anderson MacGyver ontwikkelde het Digital Enterprise-model om bedrijven te helpen zich digitaal (verder) te ontwikkelen. Naast de vijf bouwstenen plaatst het de organisatie binnen de context van het digitale ecosysteem van klanten, partners en andere belanghebbenden. Het idee is dat bedrijven en hun leiders door inzicht en visualisatie beter en meer weloverwogen kunnen werken aan hun digitale ontwikkeling.
Durf te kiezen voor duurzame groei
Het is aan jou als leider om de toekomst van je organisatie vorm te geven. Zit je in de soms verleidelijke, maar reactieve Catch-up-modus? Of ben je klaar voor de transitie naar duurzame digitale groei en ontwikkeling? De weg naar proactieve digitale strategieën begint met de juiste inzichten en tools.
Leer hoe je jouw organisatie kunt transformeren tot een Digital Enterprise. Lees onze whitepaper ‘How to become a Digital Enterprise?’ of neem contact met ons op. Zet de eerste stap naar een succesvolle toekomst.
In de journey naar een digitale enterprise zette CZ in twee jaar drie cruciale stappen: transformatie van IT, herijking van de bedrijfsstrategie en het besluit tot een grote standaardisatieslag. CIO Peter Slager vertelt hoe technologie en data bij CZ nauw verweven zijn met de strategische koers.
Als lid van het directieteam is de CZ-CIO bij uitstek gemotiveerd om met digitale middelen de gezondheidszorg te helpen verbeteren. “Mijn vrouw is huisarts en we hebben het aan de keukentafel regelmatig over de inzet van technologie om de zorg bij een krappe arbeidsmarkt en stijgende prijzen toch betaalbaar en toegankelijk te houden. Business en IT zullen daarbij steeds meer één geheel vormen, met tech en data als enabler van innovatie.”
CZ heeft ruim vier miljoen klanten en de zorgverzekeraar is financieel kerngezond. Volgens Peter Slager kan het bedrijf als een van de grotere spelers mede richting geven aan de digitale ontwikkelingen in de sector. De oud-tophandballer brengt daarbij visie, teamfocus en leiderschapservaring in – onder andere opgedaan bij LogicaCMG en Ahold Delhaize. “Ik geloof echt in dingen multidisciplinair samendoen, dat maakt je als organisatie veel effectiever”, benadrukt hij.
Waardeketens
Toen Peter Slager twee jaar geleden aantrad als CIO van CZ was hij al enige tijd bij het bedrijf aan boord. “Dat maakte mijn eerste honderd dagen een stuk gemakkelijker, omdat ik in de luwte van het managen van een afdeling een analyse heb kunnen doen op de hele divisie. Ik wilde de IT-organisatie van een leverancier omvormen naar een enabler van businessdoelstellingen.”
Het initiële IT-transformatieprogramma was gebaseerd op een viertal waarden: klantgerichtheid, eenvoud, geoliede processen en vakmanschap. Naast een meer op waardeketens en customer journeys gerichte IT-organisatie werkt CZ aan modernisering van het technologie- en datalandschap.
“Al snel besloten we ook onze bedrijfsstrategie te herzien. Onze dienstverlening had tot dusver weliswaar diverse digitale elementen, zoals de inzet van technologie en data voor het verbeteren en verrijken van de CZ-app. Maar stijgende zorgkosten en schaars talent vereisten een veel bredere focus. Als we als sector nu namelijk niets doen, dan stevenen we af op een tekort van 80.000 zorgprofessionals in 2030.”
Spilfunctie
“In de zomer van 2023 zagen we dat er ineens wel heel veel op ons af kwam”, vervolgt Peter Slager. “Het BizzTech-programma dat IT dichter bij de business brengt had geleid tot verbetering in het delivery-proces, maar het ging nog niet snel genoeg. Bovendien bleven de IT-kosten stijgen. Mede gezien onze spilfunctie in de CZ 2030-strategie besloot ik contact te zoeken met Anderson MacGyver.”
De CIO had drie vragen: hoe kan CZ-IT versnellen, in hoeverre sluit de huidige architectuur aan op de ambities en houden de IT-kosten gelijke tred met andere zorgverzekeraars, en moeten we qua IT ook in de toekomst alles zelf willen doen? “Met behulp van het Operating Model Canvas (OMC) werd duidelijk welke IT het beste aansluit op onze processen, principes en businessactiviteiten.”
OMC-kleurenpalet
De hiervoor toegekende kleuren toonden aan dat de vele groen gelabelde generieke processen binnen CZ vragen om een stabiele en efficiënte IT-ondersteuning. Daarnaast verdient aan de klantkant vooral de kleur blauw (adaptiviteit) de aandacht, terwijl onder meer aan de productzijde paars de boventoon voert: de behoefte aan onderscheidende (gespecialiseerde) oplossingen. Oranje is voor de specifieke maar relatief stabiele businessprocessen.
Het duurde overigens een tijdje voor het OMC geland was in de organisatie. Inmiddels herkennen en erkennen zowel directie als medewerkers de waarde van zo’n overzicht. “De visualisatie helpt enorm om mensen mee te krijgen in de veranderingen. De belangrijkste conclusie was dat we met het bestaande IT-landschap niet in staat zouden zijn om de CZ 2030-strategie te realiseren.”
Vergeleken met gelijksoortige organisaties bleek de verandercapaciteit van CZ nogal beperkt. “De conclusie was dat we te veel in-house ontwikkeld maatwerk hadden. Samen met Anderson MacGyver zijn we nu een nieuwe doelarchitectuur aan het bepalen. Parallel aan de ingezette standaardisatie speelt de transitie naar een schaalbaar, modulair en veilig IT-landschap. Daar hoort ook gedegen datamanagement bij. Ook zijn we de sourcing-strategie aan het herijken.”
Organisatieprincipes
Maar CZ kijkt nog verder vooruit. De binnen de IT-divisie omarmde principes, zoals goed belegde verantwoordelijkheden en het nastreven van efficiëntie en eenvoud, vormen een inspiratiebron voor een toekomstige visie op de totale organisatie, bedrijfsprocessen en cultuur.
“In twee jaar hebben we al met al als IT-functie de slag gemaakt van interne leverancier naar meer strategische enabler op basis van technologie en data”, besluit Peter Slager. “Business en IT kunnen daarbij niet meer los van elkaar gezien worden.”
Benieuwd naar de algemene terugblik van onze Masterclass met Peter Slager CIO van CZ? Lees het artikel hier.
Meer weten over een Digital Enterprise? Bekijk onze pagina: stop de inhaalrace, word een Digital Enterprise.
Technologie en data hebben volop de aandacht in de bestuurskamer. Organisaties zien massaal de voordelen van digitalisering en ervaren bovendien de pijn wanneer ze achterblijven. Een recordopkomst van ruim zestig hoge functionarissen in het digitale businessdomein onderstreepte tijdens de recente CIO Masterclass de behoefte aan kennis en inzicht. CZ-CIO Peter Slager trad op als gastspreker.
Dagvoorzitter Fiep Warmendam introduceerde het dagthema Tech and Data in the Boardroom niet vanuit haar rol als jonge consultant, maar vooral als een consument die in toenemende mate digitale keuzes maakt. Ze doelde daarbij name op haar eigen en komende generaties. “Bij mijn keuze voor een zorgverzekering is een digitale pas voor mijn telefoon een belangrijke voorwaarde”, waarschuwde zij. “Raden van Bestuur moeten hun besluiten van vandaag afstemmen op de klantbehoeften van vandaag en morgen.”
Digitale ondernemingen
Alvorens Peter Slager vertelde hoe hij als CIO van zorgverzekeraar CZ technologie en data op de agenda zet, schetste Gerard Wijers eerst het speelveld. “In 1991 deed ik mijn PhD in IT Strategy en toen was het beslist nog geen boardroom-topic”, aldus de mede-oprichter van Anderson MacGyver en tevens Nyenrode-hoogleraar. “Inmiddels is dat wel zo. Het is geweldig om samen met onze klanten digitale ondernemingen te realiseren.”
Alle organisaties worden volgens hem steeds digitaler. Ongeacht de sector, alhoewel bedrijven binnen media, reiswereld en in mindere mate retail doorgaans verder zijn dan bijvoorbeeld maakbedrijven en infrastructuurbouwers. Overal spelen niettemin vergelijkbare uitdagingen, zo blijkt uit Anderson MacGyvers eigen Digital Business Monitor. Neem de behoefte aan schaalbaarheid, responsiviteit en klantfocus. Of de pijn van te hoge kosten, teveel complexiteit, schaars talent en een gebrekkige datakwaliteit.
Een holistische kijk op digitalisering adresseert volgens de Anderson MacGyver-medeoprichter meerdere aspecten: “Digitízation van de operationele backbone, digitálization van de klant- en medewerker-ervaring en het kunnen innoveren en creëren van digitale businessmodellen. Dit alles wordt mogelijk gemaakt door onderliggende enabling technology.”
Centrale elementen
Andere centrale elementen van de digitale onderneming zijn digitale slimheid en gedeelde data. Dat zijn volgens Wijers geen zaken die je als op zichzelf staand benadert, maar zoveel mogelijk in samenhang met de digitale voorkant, achterkant en infrastructuur. “Digital is everybody’s job. Alles wat je doet moet schaalbaar, fit for purpose zijn – dat vraagt om eigenaarschap en multidisciplinaire teams en verantwoordelijkheden.”
Daarnaast introduceerde hij het begrip multimodaliteit. Dat komt erop neer dat verschillende aspecten van de bedrijfsvoering vragen om een ander soort IT. Soms gericht op een onderscheidende dienstverlening of marktpositie, en soms gericht op operationele efficiëntie. Het zogeheten Operating Model Canvas (OMC) helpt te bepalen welke IT optimaal aansluit op welke businessactiviteit.
Het OMC van CZ maakt met behulp van kleuren zichtbaar dat bij de zorgverzekeraar de vele groen gelabelde generieke processen, mede met oog op het sterk gereguleerde businessdomein, vragen om een stabiele en efficiënte IT-ondersteuning. Daarnaast verdient aan de klantkant blauw (adaptief) de aandacht, terwijl onder meer aan de productkant paars de boventoon voert: de behoefte aan onderscheidende (gespecialiseerde) oplossingen.
Persoonlijke drijfveren
De vlot pratende CZ-CIO Peter Slager zou na zijn presentatie nog kort op het OMC terugkomen. Eerst vertelde hij over zijn eigen drijfveren om de gezondheidszorg te helpen verbeteren. “Mijn vrouw is huisarts, dus we hebben aan de keukentafel regelmatig gesprekken over de mogelijkheden. Daarnaast geloof ik dat business en IT één geheel vormen, met tech en data als enabler van allerhande nieuwe mogelijkheden.”
Die innovatiekracht is hard nodig, want de gezondheidszorg staat voor grote uitdagingen: het betaalbaar houden van de zorg en het tekort aan arbeidskrachten. CZ kan volgens het directielid als een van de grotere bedrijven de sector mede richting geven aan tech- en datagebaseerde oplossingen. De oud-tophandballer brengt visie, ruime digitale leiderschapservaring en teamspirit in.
Om de speerpunten voor de zogeheten CZ2030-strategie optimaal te kunnen adresseren werkt hij onder andere aan klantgerichtheid, versimpeling, geoliede methoden en processen en tenslotte een meer resultaatgedreven cultuur. Een meer gefocuste organisatie en een schaalbaar, modulair en veilig IT-landschap vormen belangrijke middelen.
Strategische enabler
Peter Slager is inmiddels zo’n twee jaar op weg. “In de zomer van 2023 zagen we dat in het kader van het IT-veranderprogramma de kosten drastisch stegen. Daarnaast moesten we versnellen. Samen met Anderson MacGyver is vervolgens een nieuwe doelarchitectuur bepaald. Met het OMC zagen we welke IT het beste past bij onze processen, principes en businessactiviteiten. De conclusie was dat we teveel maatwerk hadden. Naast standaardisatie hebben we tevens de sourcingstrategie herijkt.”
De CZ-CIO onderstreepte aan het einde van zijn presentatie nogmaals het strategische belang van technologie en data, waarbij een goede balans gevonden moet worden tussen op businesswaarde gerichte innovatiekracht en het beperken van de complexiteit. “Na twee jaar hebben we als IT de slag gemaakt van interne leverancier naar meer strategische enabler.”
Opvallend was dat de vragen vanuit het 60-koppige publiek vooral gingen over de strategische positie van technologie en data, waarbij Peter Slager benadrukte dat digitale middelen bij uitstek kunnen helpen om mensen de juiste zorg te kunnen bieden. Ook AI kan daar een rol in gaan spelen – ter ondersteuning van de menselijke factor en vooral als enabler voor operational excellence en het beter bedienen van klanten.
Bovendien is het belangrijk dat betrokken medewerkers, leveranciers en andere partijen in het ecosysteem betrokken worden. Slager: “We moeten het echt samen doen.”
Benieuwd naar de terugblik van onze vorige Masterclass met Jon Månson van Scania? Lees het artikel hier.
Meer weten over de Digital Enterprise? Bekijk onze pagina: stop de inhaalrace, word een digital enterprise.
Vergeet niet om voortdurend de honger naar bedrijfsresultaten aan te spreken
Dit is het derde en laatste deel van onze blogserie over de belangrijkste benaderingen voor het ontwerpen van succesvolle Data to Value journeys. In deel 2 bespraken we hoe belangrijk het is dat data- en bedrijfsmensen samen tijd besteden aan het expliciet definiëren en prioriteren van datawaardekansen. Door dit te doen worden abstracte datawaarde-termen tastbaar gemaakt en bruggen gebouwd van vereiste bedrijfsmogelijkheden naar datamogelijkheden. Er ontstaat een gezamenlijk begrip van welke datamogelijkheden nodig zijn; inclusief de typische en voor businessmensen soms ongemakkelijke waarheid dat ook vervelende fundamentele mogelijkheden bedrijfsbrede, dus ook zakelijke, aandacht vereisen.
In deze blog bespreken we het belang van het voortdurend inspelen op de vraag naar bedrijfsresultaten door de dataproducten te leveren die de business nodig heeft en tegelijkertijd te werken aan een verbeterde Data Foundation.
De gevolgen van het niet vinden van de juiste balans
Het is waarschijnlijk het makkelijkst om de juiste balans te definiëren vanuit het perspectief van onbalans.
- Als je je budget en inspanningen te veel richt op Data Value Delivery, eindig je met dataproducten die niet aan de eisen voldoen; niet voldoen aan regelgeving, niet geïntegreerd kunnen worden in je architectuur, niet schaalbaar zijn voor productiegebruik, onvoldoende nauwkeurige inzichten bieden, enzovoort. Geweldige experimenten in een donkere en koude kelder die nooit het daglicht zullen zien.
- Als je te veel nadruk legt op Data Foundation, zul je uiteindelijk langdurig en kostbaar werk moeten doen zonder impact te hebben op de business. Je besteedt veel tijd en budget zonder zichtbare impact, je verliest het momentum, de business verliest zijn focus en beperkt zijn bijdrage, executives worden ongeduldig en uiteindelijk wordt de stekker eruit getrokken.
Om het in iets andere woorden te zeggen: zonder sanitair (Data Foundation) stroomt er geen water uit de kraan (Data Value Delivery). Het eindeloos repareren van lekken in je sanitair zonder de kraan open te draaien zal de dorst naar waarde van je organisatie niet lessen en je data-initiatieven zullen uiteindelijk ten onder gaan.
Op basis van onze ervaringen in het werken met veel organisaties kunnen we met een gerust hart stellen dat het creëren van dit bewustzijn al een grote stap voorwaarts is. De volgende stap is om je data-activiteiten en uitgaven langs deze lijnen te structureren. Dit vergemakkelijkt een constructieve dialoog en bewuste beslissingen waarbij standpunten worden begrepen en overwogen.
Mogelijkheden voor gegevenswaarde zijn uw leidende ster
De vraag waar precies de juiste balans ligt voor een organisatie is veel moeilijker te beantwoorden. U kunt voortbouwen op uw gedetailleerde en geprioriteerde definitie van gegevenswaardekansen; deze moeten uw beslissingen sturen. Hieronder hebben we een aantal voorbeelden opgesomd van recente overwegingen bij onze klanten
- Hebben we een capaciteit voor machinaal leren nodig als we ons richten op het gebruik van marktstandaardsystemen voor al onze bedrijfsactiviteiten, behalve voor productontwikkeling? Moeten we ons beperken tot een klein aantal geavanceerde analysemogelijkheden in dit bedrijfsdomein?
- Hebben we een selfservicevoorziening voor de hele organisatie nodig als alleen van de technische en financiële afdelingen wordt verwacht dat ze deze gebruiken? Moeten we ons dan richten op het catalogiseren van alleen de datadomeinen die engineering en financiën intensief gebruiken?
- Moeten we ons, gezien het feit dat we met verkooppartners werken, eerst en vooral richten op gegevensinteroperabiliteit in dat datadomein?
- Wat zijn, op basis van onze bedrijfsrisico’s, onze kritieke data-elementen en moeten we ons daar eerst op richten voor datakwaliteitsmaatregelen? Moeten we eerst het datadomein aanpakken waartoe de meeste CDE’s behoren?
- Moeten we ons echt richten op continue bewaking van datakwaliteit als we data alleen gebruiken voor beschrijvende rapporten die aanwijzingen bevatten voor onze verkopers?
Maak een overzicht van vereiste capaciteiten per mogelijkheid en consolideer dit. Neem de dimensie datadomein op in analyses om een gerichte en/of gefaseerde implementatie mogelijk te maken. Stel jezelf de vraag of gefaseerde data product releases zinvol zijn; kunnen we op korte termijn een 80% oplossing leveren om later een verbeterde oplossing te leveren? En waar is dit niet zinvol, bijvoorbeeld vanwege het risico op het presenteren van misleidende of onjuiste inzichten.
Hieronder vindt u een illustratief voorbeeld waarbij gebruik wordt gemaakt van een op DAMA DMBok gebaseerd raamwerk voor gegevensbeheercapaciteit.
Als je eenmaal een duidelijk beeld hebt van je doelmogelijkheden, kun je de delta tussen je huidige en je doel gaan meten en op basis daarvan bepalen welke inspanning waar nodig is. Waar moet ik het loodgieterswerk repareren en op welke business thirst moet ik me als eerste richten? Deel de overwegingen en opties met gebruikers en stel samen de implementatie roadmap op.
Word geen moderne Don Quichot
Samengevat stelt Anderson MacGyver de volgende benaderingen voor om succesvolle Data to Value journeys te ontwerpen
- Neem een bedrijfswaardegerichte aanpak
- Gebruik data value opportunities als brug tussen bedrijfsdoelen en datamogelijkheden
- Besteed tijd aan het expliciet maken van datawaardekansen en stel altijd prioriteiten
- Spreek over de noodzaak van fundamentele verbeteringen, maar relateer deze altijd aan de data value opportunities
- Prioriteiten voor datawaardekansen bepalen de prioritering van je datamogelijkheden
- Beoordeel zorgvuldig welke datamogelijkheden u echt nodig hebt en welke u niet nodig hebt om de geprioriteerde datawaardekansen te kunnen aanpakken
- Overweeg tussentijdse releases en selectieve implementaties per datadomein om resultaten op kortere termijn te kunnen leveren.
Focus op mogelijkheden voor datawaarde
In deze korte blogreeks delen we benaderingen over hoe business- en dataleiders elkaar beter kunnen begrijpen en samen waarde kunnen creëren. In deel twee van de drie richten we ons op het thema van bruggen bouwen tussen bedrijfswaarde en datamogelijkheden.
Datavisies, doelen en strategieën kunnen soms als abstract worden ervaren. Als dingen te abstract zijn, kunnen mensen het moeilijk vinden om zich ermee te verbinden. Abstracte beelden leiden meestal niet tot verlangen. Zou een paard achter een wortel aanrennen als het niet wist dat wortels lekker waren? In dezelfde redenering zou een bedrijfsprofessional tijd besteden aan gegevenskwaliteit als deze persoon geen duidelijk beeld zou hebben van wat hij zou missen als hij niet zou aanpakken?
Vermaakt een kluit aarde uw datateam?
Helaas komen we vrij vaak situaties tegen waarin het datateam met lege handen staat wanneer het in gesprek gaat met business executives over prioriteiten. Nederlanders gebruiken hiervoor vaak de volgende uitdrukking: “Met een kluitje in het riet sturen.” De uitdrukking komt uit het verleden waar herders hun herdershonden vermaakten door een spade aarde in het riet te gooien en de honden een hoop tijd verspilden aan het zoeken naar iets dat ze nooit zouden vinden.
Om te voorkomen dat je je tijd verdoet met het zoeken naar de aarde in het riet en om je Data to Value initiatieven succesvol te maken, moet je echt tijd besteden aan het samen met je zakelijke gebruikers en leidinggevenden onderbouwen van de mogelijkheden om waarde te creëren met data. Het is van cruciaal belang om samen uit te leggen welke dataproducten nodig zijn, hoe deze gebruikt gaan worden en met een beknopt verhaal te komen over welke waarde daarmee gecreëerd wordt. Neem geen genoegen met voorbeelden en streef naar heldere definities. Anderson MacGyver gebruikt het onderstaande raamwerk.
Stuur aan op expliciete definities en prioritering
Op het eerste gezicht lijkt het misschien iemand die uitgebreid is, maar je zult merken dat grondig zijn in je rationalisatie van bedrijfsdoelen tot en met de vereiste datamogelijkheden een cruciale brug zal blijken te zijn voor een gerichte inspanning op weg naar bedrijfswaarde door data.
Zorg ervoor dat je prioriteit geeft aan datawaardekansen en accepteer geen beweringen dat “alles” belangrijk is, want dan zul je er niet in slagen om “alles” te leveren. Wees duidelijk over de noodzaak om handen te schudden over wat er moet gebeuren met de hoogste prioriteit voor zakelijk succes. Alleen door de kloof te overbruggen van “zouden kunnen doen” naar “zouden moeten doen” naar “moeten doen” bereik je betrokkenheid. Commitment niet alleen voor het daadwerkelijk gebruiken van dataproducten, maar ook commitment om gezamenlijk alle faciliterende factoren aan te pakken; wat vaak neerkomt op het verbeteren van de Data Foundation van de organisatie.
Spreek je uit en durf fundamentele uitdagingen te benoemen
Bouw voort op deze toewijding en beschrijf expliciet de vereisten om de geprioriteerde dataproducten te kunnen leveren. Misschien win je er op korte termijn niet de populariteitsprijs mee, maar dataprofessionals zijn geen tovenaars en een bijdrage van de business is onvermijdelijk om impactvolle en duurzame data tot waarde te brengen. Wees niet bang om in eenvoudige zakelijke termen uit te leggen wat de impact is van bijvoorbeeld een onvolledige dataset op de bruikbaarheid van het dataproduct dat je stakeholders echt nodig hebben voor hun succes. Presenteer altijd in de context van het waarom; de eerder overeengekomen bedrijfsprioriteiten.
Dit is geen gemakkelijk gesprek; mensen horen liever het goede nieuws. Met het expliciete verhaal over de link tussen bedrijfswaarde en datacapaciteit, zou je een vruchtbaardere bodem moeten hebben om de impopulaire vuile details over de noodzakelijke fundamentele veranderingen aan te pakken en, nog lastiger, de behoefte aan een bedrijfsbrede bijdrage aan het aanpakken van deze fundamentele veranderingen aan de orde te stellen.
Dit gezegd zijnde, houd in gedachten dat de honger naar bedrijfsresultaten voortdurend moet worden aangepakt. Gebruik het begrip voor de noodzaak van fundamentele verbeteringen niet om te verdwijnen en alleen onder de motorkap te werken. We bespreken dit onderwerp in het derde en laatste deel van deze blogreeks.
Door Edwin Wieringa
Bladerend door de financiële pagina’s van de kranten en mijn favoriete nieuwssites zie ik in uiteenlopende sectoren een brede mismatch tussen vraag en aanbod. Dat is jammer. Volgens mij is er niet heel veel voor nodig om bedrijven ook in tijden van economische turbulentie precies dat te laten leveren waar de markt om vraagt. De sleutel zit ’m in een flexibel georganiseerde kern.
Die mismatch is overal zichtbaar. Bij logistieke firma’s, die hun resources op de verkeerde businessactiviteiten hadden gezet. Of het mediabedrijf, dat na jaren van dubbele groeicijfers ineens tegen een neergang van 10 procent aankijkt. Een leidend social media-platform doet het zelfs nog slechter. Een machinemaker voor de bandenbranche is, onder andere wegens een gebrek aan personeel, niet in staat om te voldoen aan de vraag.
Dat roept bij mij de vraag op: hoe agile zijn organisaties nu echt? En hoe kun je die agility activeren? Zou het niet fantastisch zijn om flexibel te kunnen omgaan met beschikbare middelen en mensen? Door deze indien nodig tijdelijk over te hevelen naar bedrijfsonderdelen of activiteiten waar deze het meest nodig zijn?
Adjustable organisatie
Om als organisatie meer ‘adjustable’ te zijn, moet je een aantal knoppen kunnen draaien om onzekerheid qua toeleveranciers, beschikbaar talent, economische omstandigheden en impactvolle gebeurtenissen te kunnen adresseren. Daarmee zouden veel bedrijven, die nu bijvoorbeeld niet aan de vraag kunnen voldoen, voortvarender kunnen opschalen.
Ze zouden zich moeten richten op een flexibel georganiseerde ‘core‘. Dit in tegenstelling tot een strakke hiërarchie of structuur waarin specifieke mensen en rollen op specifieke zaken worden afgerekend. Door meer te denken en handelen vanuit het grotere geheel, wordt het eenvoudiger om resources te kunnen inzetten waar ze het meest van waarde zijn.
In het digitale domein kan je werken met pools van specialisten, die vanuit hun vakgebied al dan niet voor een deel van de tijd beschikbaar zijn voor zaken van algemeen belang. Denk aan een clubje van engineers, architecten of product-owners uit de business, die je inzet waar de pijn zit of voor nieuwe mogelijkheden. Dat zou ook erg goed passen in de informele Nederlandse werkcultuur.
Evolutionaire stappen
Bijvoorbeeld het bedrijf LeasePlan is op deze manier georganiseerd. Indien nodig kunnen zij interventies doen op het gebied van mensen en middelen. Het mooie is dat het reshapen van de organisatie naar een dergelijke flexibiliteit geen revolutionaire verandering is. Het kan allemaal in kleine, evolutionaire stappen naar een uitgebalanceerde governance, waarbij binnen een functionele structuur duidelijk is wie met welke counterpart uit een andere pool waarover spreekt.
Zo kun je een specifieke uitdaging identificeren, adresseren en oplossen, zonder dat daarvoor de totale organisatiestructuur veranderd hoeft te worden. De meeste bedrijven hebben die basis immers goed op orde. Gewoon een paar knoppen waarmee je je aanpast aan verandering van buitenaf. Hopelijk met vrolijk stemmend financieel nieuws als uiteindelijke gevolg.
Anderson MacGyver
Anderson MacGyver maakt impact door organisaties te helpen ongerealiseerde businesswaarde te benutten met het organiseren van de potentie van data en technologie. Wij adviseren strategisch management bij het ontwerpen en besturen van de digitale agenda en ontwerpen en implementeren multimodale organisaties en toekomstbestendige technologie- en datalandschappen.